Zestig procent van alle kinderen die geboren worden bij moeders met type 1 diabetes (T1DM) zijn te groot (Large for Gestational Age-LGA; > 90e percentiel); dit leidt tot allerlei obstetrische en neonatale complicaties. Verder predisponeert LGA tot het ontstaan van overgewicht en type 2 diabetes (T2DM) later in het leven. Continue glucose monitoring (CGM) helpt bij het halen van het glycemische doel in de zwangerschap, d.w.z. 3,5-7,8 mmol/ en een Time in Range (TIR) van 70%. Maar in welke fase is die extra aandacht voor optimale glucoseregulatie het meest nuttig?
Methoden
Ruim 10 miljoen metingen afkomstig van CGM data van 386 zwangeren met t1DM (data uit CONCEPTT en Swedish Observational studies) werden retrospectief geanalyseerd. 24 uurs profielen en TIR percentages werden per zwangerschapsweek berekend om deze profielen te relateren aan geboortegewicht / percentage LGA. 26 % van de vrouwen gebruikte CGM reeds voorafgaand aan de zwangerschap.
Resultaten
232 pasgeborenen (60 %) bleken LGA en 154 pasgeborenen (40 %) hadden een normaal geboortegewicht (non-LGA). In de eerste 10 weken van de zwangerschap bleek de gemiddelde GCM glucose concentratie te dalen en de TIR te stijgen bij beide groepen moeders. De waarden bereikten daarna een plateau tot aan 28 weken zwangerschap. De maternale CGM glucose metingen weken bij 10 weken zwangerschap uiteen met significant lagere gemiddelde CGM glucose metingen (7.1 mmol/L; 95% CI 7.05-7.15 [95% CI 126.9-128.7] vs. 7.5 mmol/L; 95% CI 7.45-7.55 [95% CI 134.1-135.9]) en een hoger percentage TIR (55%; 95% CI 54-56 vs. 50%; 95% CI 49-51) bij vrouwen met een normaal respectievelijk een LGA kind (55 % in de non-LGA groep resp. naar 50 % in de LGA groep. De TIR steeg na 30 weken door naar ongeveer 70% aan het einde van de zwangerschap in beide groepen. De zwangerschappen die een LGA voortbrachten eindigden vaker in een sectio (64 vs 48%). Het gemiddelde geboortegewicht was 4 (LGA) vs 3 kg (non-LGA). Tussen de zwangeren (LGA groep vs non-LGA groep) waren er geen verschillen in insuline dosis, pompgebruik, BMI, diabetesduur, HbA1c bij begin zwangerschap of pariteit.
Conclusie
Een normaal geboortegewicht is geassocieerd met een significant lagere gemiddelde CGM glucose concentratie over 24 uur en met een hogere TIR, bereikt voor het einde van het eerste trimester. Dat benadrukt de noodzaak tot een verschuiving van klinisch handelen/adviseren met extra aandacht voor wekelijkse CGM doelen, juist vroeg in de zwangerschap.
Consequenties voor de praktijk
Het gebruik van CGM laat zien dat zelfs kleine verschillen in gemiddelde bloedglucose / TIR belangrijke consequenties heeft voor het geboortegewicht van het kind en daarmee op de  kans op complicaties. De vrouwen die reeds vroeg in de zwangerschap goed gereguleerd zijn, blijken de minste kans te hebben op een te zwaar kind. Een gegeven waar vrouwen vermoedelijk extra door gemotiveerd zullen raken. Aan ons om hen heldere adviezen te geven.
Referentie
Scott EM, Murphy HR, Kristensen KH, Feig DS, Kjölhede K, Englund-Ögge L, Berntorp KE, Law GR. Continuous Glucose Monitoring Metrics and Birth Weight: Informing Management of Type 1 Diabetes Throughout Pregnancy. Diabetes Care. 2022 Aug 1;45(8):1724-1734. doi: 10.2337/dc22-0078. PMID: 35696191.