Hoewel het aantal vliegreizen momenteel vele malen kleiner is dan voor de COVID pandemie, is de verwachting dat men, zodra de reisbeperkingen weer opgeheven zijn, massaal in het vliegtuig stapt. Er wordt geschat dat alleen al de luchtvaartmaatschappijen die binnen en naar de Verenigde Staten vliegen jaarlijks ongeveer 1.1 miljard passagiers zullen vervoeren. Gezien de aanzienlijke prevalentie van diabetes in de samenleving, zal dan ook een groot aantal patiënten met diabetes die insuline gebruiken een reis maken. Voor deze patiëntengroep gaat een lange vlucht geregeld gepaard met de nodige uitdagingen; ongeveer 10%-20% van de reizigers met diabetes en insulinetherapie ervaart hevige wisselingen in glucosewaarden of een hypoglykemie tijdens of vlak na de vlucht.
Om dit te voorkomen wordt bij patiënten die insuline glargine gebruiken vaak voorafgaand aan de reis een advies gegeven door de behandelaar van de patiënt, waarbij het tijdstip (of soms de frequentie) van het toedienen van de langwerkende insuline wordt aangepast op de bereisde tijdzones. Van insuline degludec is bekend dat gebruik bij patiënten met type 1 diabetes kan leiden tot minder frequente hypoglykemieën en minder glucosevariabiliteit ten opzichte van insuline glargine. Onderzoekers uit de VS hebben om die reden onderzocht of de glucoseregulatie tijdens en na lange vluchten verschilt tussen patiënten met type 1 diabetes die insuline glargine of insuline degludec gebruikten. Zij presenteerden hun resultaten in Diabetes Care, hieronder vindt u hun belangrijkste bevindingen.
Methoden
Er werden 25 patiënten met type 1 diabetes geïncludeerd. Alle patiënten maakten een reis van Honolulu naar New York, waar zij 72 uur verbleven, daarna vlogen zij weer terug naar Honolulu en bleven daar 72 uur. Dit deden zij tweemaal, met 3 weken ertussen. Bij de ene ‘round trip’ gebruikten zij insuline glargine U100, waarbij het tijdstip van toedienen werd aangepast aan de tijdzone door de behandelaar van patiënt op basis van een zogenaamd reisalgoritme. Bij de andere round trip gebruikten zij insuline degludec, waarbij het tijdstip van de insuline toediening niet werd aangepast aan de tijdzone (ter verduidelijking: het interval tussen twee degludec toedieningen werd dus door het tijdsverschil op de heenweg korter dan 24 uur, en langer dan 24u op de terugweg). Bij alle patiënten werden de glucosewaarden gemonitord door middel van real-time Continue Glucose Monitoring. De primaire uitkomstmaat was de Time in Range (TIR) tussen 3,9 en 7,8 mmol/L, secundaire uitkomstmaten waren het percentage tijd 3.9 < mmol/L en de gemiddelde glucose.
Resultaten
Het gemiddelde HbA1c was 57 mmol/mol en de gemiddelde leeftijd 35 jaar. Ten tijde van inclusie gebruikte 32% van de patiënten insuline degludec en 40% insuline glargine. Er waren geen verschillen in het percentage TIR tussen glargine en degludec gebruikers. Tevens waren er geen verschillen in het percentage tijd 3,9 < mmol/L en gemiddelde glucosewaarde. Opvallend was dat geen van de geïncludeerde patiënten een TIR tussen 3,9 en 7,8 mmol/L  behaalde van > 70% (i.e. een algemeen behandeldoel). Alle patiënten zaten ongeveer 30% van de tijd boven een waarde 10,0 mmol/L en 8-10% van de tijd 3,9 < mmol/L, ongeacht welk type insuline ze gebruikten.
Conclusie en relevantie voor dagelijkse praktijk
De onderzoekers concludeerden dat er bij vergelijking tussen insuline degludec en insuline glargine U100 gebruik geen verschil was in TIR, de hoeveelheid hypoglykemieën en de gemiddelde glucosewaarde bij patiënten met type 1 diabetes die lange vliegreizen maakten. Hoewel het gebruik van insuline degludec als eenvoudig kan worden ervaren omdat het tijdstip van de insuline toediening niet gewijzigd dient te worden na verplaatsing naar een andere tijdzone, is het gebruik van insuline glargine, mits weloverwogen aangepast aan het reisschema, niet minder veilig. De resultaten van dit onderzoek onderschrijven wel de uitdagingen waarvoor patiënten met diabetes die insuline gebruiken staan als ze een lange reis naar een andere tijdzone maken. Er is momenteel een gebrek aan evidence-based adviezen, iets waar gezien de frequentie van zowel hyper- als hypoglykemie tijdens of vlak na vluchten wel behoefte aan is. Het onderzoek doen naar en formuleren van dergelijke evidence-based aanbevelingen kan namelijk niet alleen leiden tot een betere glucoseregulatie en minder hypoglykemie, maar ook een belangrijke bijdragen leveren aan het reduceren van angstgevoelens die deze ontregelingen van de glucosewaarden voor sommige patiënten met zich meebrengen.
Referentie
Bevier et al. Traveling Across Time Zones With Type 1 Diabetes: A Pilot Study Comparing Insulin Degludec With Insulin Glargine U100 Diabetes Care 2022;45(1):67–73