Metformine wordt steeds meer voorgeschreven in de zwangerschap waarbij er discussie is over de lange termijn veiligheid bij de kinderen die zijn blootgesteld aan metformine in de zwangerschap. In met name observationele studies hebben deze kinderen meer kenmerken passend bij het metabool syndroom.
Vraagstelling
Wat is het lange termijn effect van blootstelling aan metformine in de zwangerschap op de kinderen van moeders met DM type 2?
Methoden
MyTy Kids is een follow-up studie waarbij de kinderen van moeders werden geïncludeerd die hebben deelgenomen aan de MiTy studie; een gerandomiseerde placebo gecontroleerde studie waarbij moeders met DM type 2 òf placebo òf metformine (1000 mg, 2dd) in de zwangerschap kregen voorgeschreven. Op 3, 6 ,12, 18 en 24 maanden werd bij de kinderen o.a. BMI en een huidplooimeting bepaald.
Resultaten en conclusie
283 van de 465 (61%) kinderen werden geïncludeerd vanuit 19 centra in Canada en Australië. Op 24 maanden was er geen verschil in de gemiddelde BMI Z score met metformine (0.84 standaard deviatie (SD) 1·52) versus placebo 0·91 (SD1. 38); gemiddeld verschil 0.07 (95% CI  0.31; 0.45), p=0·72) of de gemiddeld som van de huidplooien (23·0 mm (5.2) vs 23·8 mm (5.4); gemiddeld verschil 0.8 mm (–0·7; 2·3), p=0·31)). Bij de jongens die behandeld waren met metformine in de zwangerschap was de BMI hoger in de periode tussen 6 en 24 maanden, maar op 24 maanden was dit verschil niet meer aanwezig. De kinderen van vrouwen met DM type 2 waren gemiddeld 1SD zwaarder ten opzichte van de WHO referentie populatie. Het percentage congenitale afwijkingen was niet verschillend in beide groepen (placebo 7/147 (5%) versus metformine 2/85 (2 %).
Relevantie voor de praktijk
Het sterke punt van deze studie is dat het een placebo gecontroleerde studie betreft en de resultaten zijn (gelukkig) geruststellend ten aanzien van het gebruik van metformine in de zwangerschap. De kinderen van moeders met DM type 2 zijn echter wel zwaarder, mogelijk kan dit worden verklaard door overvoeding of ongunstigere intra-uteriene factoren.
Referentie