De invloed van autisme op omgaan met diabetes

Mensen met autisme zijn vaak erg effectief in het reguleren van hun diabetes, blijkt uit onderzoek. Wel zijn er veelvoorkomende problemen waar ze tegenaan kunnen lopen.

Wat is autisme?

Autisme is een chronische aandoening die mensen op verschillende manieren kan beïnvloeden. Mensen met autisme hebben – net als iedereen- hun eigen sterke en zwakke punten. Vaak hebben ze:

  • Een andere manier van communiceren en begrijpen van anderen.
  • Behoefte aan structuur en voorspelbaarheid.
  • Een andere manier van reageren op prikkels zoals geluid, licht, geur of aanraking.

Door deze verschillen, met soms ook een gebrek aan bewustzijn en begrip in de maatschappij, kunnen mensen met autisme zich onrustig of angstig voelen.
Veel mensen met autisme hebben ook een sterke interesse in bepaalde onderwerpen of hobby’s en worden vaak experts op dat gebied. Ook zijn ze vaak goed in het herkennen van patronen en details die anderen niet opvallen.

Komt autisme en type 1 diabetes vaak samen voor?

Uit wetenschappelijke studies blijkt dat autisme iets vaker voorkomt bij kinderen met type 1 diabetes. Onderzoek hiernaar is op dit moment nog kleinschalig. Het is mogelijk dat er een verband bestaat tussen schommelingen in bloedglucose en autisme, maar andere factoren gerelateerd aan T1D kunnen ook een rol spelen.

Hoe beïnvloedt autisme het leven met type 1 diabetes?

Uit onderzoek blijkt dat mensen met autisme zeer effectief met hun diabetes kunnen omgaan. Autisme brengt wel een aantal veelvoorkomende problemen met zich mee die extra lastig kunnen zijn voor mensen die ook type 1 diabetes hebben.

Moeite met de veranderlijkheid van T1D

Doordat het brein van mensen met autisme anders werkt, en omdat ze de wereld als verwarrend, chaotisch en stressvol kunnen ervaren, kunnen mensen met autisme veel last hebben van angst en onrust. Om hiermee om te kunnen gaan, hebben veel mensen met autisme een sterke voorkeur voor voorspelbaarheid en zekerheid, wat bereikt kan worden door routines en structuur. Dit kan een groot voordeel zijn bij het omgaan met type 1 diabetes. Maar wanneer er iets verandert – zoals een nieuwe insulinepomp of onvoorspelbare bloedsuikers- kan dat voor stress zorgen.

Focus op details

Doordat de cognitieve vaardigheden bij mensen met autisme anders zijn, kan het zijn dat ze erg goed zijn in het focussen op details. Maar soms zien ze het grotere plaatje minder goed. Zo kunnen ze erg gefocust zijn op het voorkomen van hypo’s of hypers maar niet doorhebben hoeveel stress dat geeft of wat de gevolgen zijn voor hun gezondheid en algehele kwaliteit van leven.

Zintuiglijke gevoeligheid

Sommige mensen met autisme zijn extra gevoelig voor aanraking, Dat maakt het dragen van diabetestechnologie zoals glucosesensoren en insulinepompen soms lastig.

Verschillen in hoe het lichaam aanvoelt

Sommige mensen met autisme hebben moeite om signalen van hun lichaam te herkennen. Daardoor kan het soms moeilijk zijn een te laag of te hoge bloedsuiker op te merken.

Overprikkeling en burn-out

Soms raken mensen met autisme overbelast door stress of zintuiglijke prikkels. Dit kan leiden tot ‘shutdowns’ of ‘meltdowns’, waarbij het hoofd als het ware vastloopt en iemand niet meer in staat is om zijn diabetes te reguleren. Ook kan er sprake zijn van een autistische burn-out: een toestand van langdurige uitputting, verminderd vermogen om te functioneren en een verhoogde gevoeligheid voor prikkels zoals geluid of aanraking.

Het dagelijks managen van type 1 diabetes kan uitdagend en frustrerend zijn, vooral wanneer de resultaten niet aan de verwachtingen voldoen. Wanneer deze gevoelens overweldigend worden, kan dit leiden tot een burn-out, wat weer gevoelens van hulpeloosheid of hopeloosheid veroorzaakt. Het kan ertoe leiden dat iemand niet meer goed voor zijn type 1 diabetes zorgt en het zoveel mogelijk probeert te negeren, bijvoorbeeld door de bloedglucose minder te controleren, geen insuline te spuiten, of dieet en lichaamsbeweging te negeren.

Wanneer je denkt dat je symptomen van burn-out door autisme of diabetes ervaart, is het belangrijk om hier zo snel mogelijk over te praten met je diabetesverpleegkundige, huisarts, of psycholoog.

Voedsel en eten

Mensen met autisme kunnen een sterke afkeer hebben van bepaalde smaken of texturen van voedsel. Dit kan een uitgebalanceerd dieet in de weg staan. Daar staat tegenover dat een voorkeur voor dezelfde dingen eten een voordeel kan zijn bij het tellen van koolhydraten. Het vinden van een hypobehandeling kan moeilijk zijn als je een bepaalde optie niet lekker vindt, maar er zijn nu veel verschillende mogelijkheden beschikbaar, van sapjes tot snoepjes en glucosegels.

Zintuiglijke gevoeligheid kan soms leiden tot eetproblemen of eetstoornissen. Daarnaast kan het ervoor zorgen dat de interoceptie (hoe iemand zijn eigen lichaam voelt) anders is, waardoor het lastig kan zijn om te voelen wat je nodig hebt. Maak je je zorgen over je eetpatroon en type 1? Praat dan zo snel mogelijk met je diabetesverpleegkundige en vraag naar meer informatie over type 1 diabetes en eetstoornissen.

Stressvolle ziekenhuisbezoeken

Een bezoek aan de diabetesverpleegkundige en internist betekent sociale interactie en mogelijk onvoorspelbaarheid. Daarnaast is het licht in ziekenhuizen vaak fel. Allemaal elementen die stressvol kunnen zijn voor mensen met autisme. Om diezelfde redenen kan ook een bezoek aan de spoedeisende hulp of een ziekenhuisopname overweldigend en zeer stressvol zijn.

Vertaald van: breakthrought1d.org.uk.

Het bericht De invloed van autisme op omgaan met diabetes verscheen eerst op Breakthrough T1D.

Bekijk het originele bericht

Wellicht vindt u dit ook interessant

Meld u aan voor de maandelijkse nieuwsbrief

Patiëntvoorbeelden m.b.t. vergoeding

Voeg je koptekst hier toe

Vergoeding diabetesmiddelen

Apothekersinstructies:

Er zijn 2 soorten terugbetalingsregelingen:
* TBR: patiënt declareert online of per post of de apotheker declareert namens de patiënt online
** HEVO-Consult: patiënt betaalt kosten eerst zelf en stuurt declaratie naar HEVO-Consult